Artikel gepubliceerd in de 'Vogelwereld' van december 2023:

  • Stam-brons-medaille
  (Op de foto klikken om te vergroten) - Stam brons medaille op het Europees kampioenschap 2021 - VvNK Geel

Is het u ook al opgevallen dat voor bepaalde kleurslagen op tentoonstellingen dikwijls de namen van dezelfde liefhebbers terugkomen als kampioen of medaillewinnaar en dit zowel in de individuele reeksen als in de stammen? Dat is geen toeval maar het resultaat van ‘gericht kweken’.

Het kweken van kleurkanaries met de bedoeling om deel te nemen aan tentoonstellingen kan vandaag niet meer lukraak gebeuren, daarvoor is het aantal kleurslagen te groot geworden zowel in veelheid als in diversiteit. Voor het kweken van tentoonstellingsvogels bestaan geen formules met garantie op succes. Toch zijn er kwekers die elk jaar goede resultaten behalen. Die liefhebbers weten wat aan elkaar dient gekoppeld. Ook zij kunnen onmogelijk alle gekweekte vogels zelf houden. Toch is het op zijn minst merkwaardig dat die verkochte vogels zelden voor concurrentie zorgen en dat de verkoper niet wordt verslagen door de koper. Het aanschaffen van vogels met de bedoeling om daaruit ‘kampioenen’ te kweken geeft dikwijls niet het onmiddellijk verhoopte resultaat. En soms worden die vogels waar men zoveel van verwachtte van de hand gedaan. Dit is spijtig want ook hier zijn de gezegden ‘De aanhouder wint’  en ‘Geduld is een schone deugd’ van toepassing.

Gericht kweken van vogels is gebonden aan enkele voorwaarden:

  1. Focus op welke vogels u wil kweken en beperk het aantal kleurslagen.
  2. Start met kwalitatief goede vogels.
  3. Heb geduld bij niet onmiddellijk resultaat.

Een korte toelichting bij elk van deze punten:

  1. Stel vast wat u wil kweken en beperk u daarbij tot bij elkaar passende   Het is eenvoudiger om kwalitatieve vogels te selecteren uit een groter  aantal van één kleurslag dan uit kleinere aantallen van meerdere kleurslagen omdat u meer vergelijkingsmogelijkheden hebt. Zo ook is het gemakkelijker een stam te selecteren uit een groter aantal vogels van eenzelfde kleurslag.
  2. Start de kweek met kwalitatieve vogels, dwz. welke het ideaalbeeld binnen de kleurslag benaderen. Dit moeten niet noodzakelijk tentoonstellingsvogels zijn die hoog in de punten vallen. Ook met directe broers en zussen van deze vogels kunt u een goede start nemen. Zie vooral naar de complementariteit tussen mannen en poppen onderling. Wat de een ‘te veel’ heeft dient aangevuld door de andere die op dezelfde karakteristieke eigenschap ‘te weinig’ heeft. Een voorbeeld: start met 2 mannen (broers) van hoge kwaliteit, dwz. die het ideaalbeeld benaderen, en een aantal onderling en met de mannen onverwante poppen. Met dit kweekmateriaal ben je voor enkele jaren goed.
  3. Als één van de oudervogels het ideaalbeeld benadert doch het resultaat van de kweek toch niet is wat men er van verwachtte, vergeet dan niet dat de aanleg voor het ideaalbeeld aanwezig is in de jongen, ook al is het niet direct zichtbaar. Paar dan het volgende jaar de ‘ideale’ man (oudervogel) aan een dochter. Lijnteelt noemt men dat. Als men dit een paar jaar herhaalt, dwz. vader x dochter, vader x kleindochter, vader x achterkleindochter dan benader je finaal met de nakweek genetisch het ideaalbeeld van de oudervogel. Zie het schema hierna (Bron: Beknopte algemene erfelijkheidsleer – NBvV 2018). Evenwel lijnteelt is inteelt! Hou de kweek binnen een beperkte groep vogels en controleer dat u aan kwaliteit wint. De erfelijke kwaliteiten moeten nadrukkelijk naar voren komen. Vergeet niet dat naast goede resultaten ook minder goede zich kunnen manifesteren. Degeneratie noemt men dat. Dan is het tijd om in te grijpen en corrigerend op te treden door bijvoorbeeld omzichtig ‘nieuw bloed’ in te brengen.
  • schema_7
 

Hoe ‘gericht kweken’ en terzelfdertijd inteelt in de hand te houden?

Momenteel is stamboomsoftware ter beschikking om u daarbij te helpen. Er worden hier bewust geen productnamen genoemd, maar de meesten zullen wel weten welke bedoeld worden. Van zodra u de stamboom van enkele generaties van uw vogels in uw bestand hebt, kunt u de ‘verwantschapscoëfficiënt’ van man en pop bepalen. De verwantschapscoëfficiënt geeft aan in hoeverre deze vogels genetisch op elkaar lijken. De verwantschapscoëfficiënt van twee vogels die op geen enkele manier familie van elkaar zijn is gelijk aan nul. De verwantschapscoëfficiënt tussen twee eeneiige tweelingen is gelijk aan één, omdat deze genetisch identiek zijn. Zo is de verwantschapscoëfficiënt tussen man (vader) en pop (dochter) gelijk aan 0.5 omdat de vader de helft van zijn genen doorgeeft aan zijn dochter (de andere helft komt nl. van de moeder). Zo ook is de verwantschapscoëfficiënt van moeder x zoon gelijk aan 0.5. De verwantschapscoëfficiënt vader x kleindochter is 0.25, vader x achterkleindochter is 0.125 enz.

De stamboomsoftware berekent de verwantschapscoëfficiënt van een man en een pop, rekening houdend met de stamboominformatie over jaren.

Wanneer is inteelt te hoog? Een limiet is lastig te bepalen: hoe beter de stamboom, hoe meer voorouders bekend, hoe hoger de inteelt. Vermijd bij voorkeur gemeenschappelijke voorouders in de twee en liefst drie laatste generaties.

De stamboomsoftware kan aldus gebruikt worden om bij aanvang van de kweek uw kweekkoppels samen te stellen en inteelt binnen de perken te houden.

Een hulpmiddel als u gericht wil kweken!

Marc Lanckzweirt

22-05-2023